Rechtvaardig door geloof

20-06-2015 door Kor Kalsbeek

 

Handelingen 13:38,39

38 Laat het u dan bekend zijn, mannenbroeders, dat door Hem aan u vergeving van de zonden verkondigd wordt 39 en dat ieder die gelooft, door Hem gerechtvaardigd wordt van alles waarvan u door de wet van Mozes niet gerechtvaardigd kon worden.

 

Als we dit lezen kunnen we aannemen dat dit bewijs is dat de Wet afgeschaft is en dat iemand nu alleen in Yeshua gerechtvaardigd is. Laten we dus eens kijken naar dat vers.

 

De vragen die we ons hier moeten stellen zijn:

  • Kon iemand gerechtvaardigd worden door de Wet?
  • Kon iemand vergeving ontvangen voor Yeshua?
  • Was geloof nodig voor het offer van  Yeshua of was het goed genoeg om je aan de wet te houden?”

 

Laten we beginnen om een antwoord te zoeken op de eerste vraag.

Kon iemand gerechtvaardigd worden door de Wet?

 

Galaten 3:11

11 En dat door de wet niemand gerechtvaardigd wordt voor God, is duidelijk, want de rechtvaardige zal uit het geloof leven.

 

Niemand kan en kon door de wet te doen gerechtvaardigd worden lezen we hier, en het mooie is dat dit niet woorden van Paulus zijn maar hier citeert hij uit het oude testament.

 

En ook:

 

Romeinen 1:17

17 Want de gerechtigheid van God wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, zoals geschreven is: Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven.

 

“Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven.” Opnieuw een citaat uit het Oude Testament.

Is dan het leven van de rechtvaardige uit geloof een nieuw onderwijs uit het nieuwe testament? Deze verzen uit Galaten en Romeinen zijn namelijk allebei citaten van Habakuk 2:4.

 

Habakuk 2:4

4 Zie, zijn ziel is hoogmoedig, niet oprecht in hem, maar de rechtvaardige zal door zijn geloof leven.

 

We weten dat alles wat Paulus onderwees, moest kloppen met het Oude Testament, want zelfs de gelovigen uit Berea vergeleken/toetsten zijn woorden met de Schrift (het oude testament).

 

Handelingen 17:11

11 En dezen (de Bereanen) waren edeler van gezindheid dan die in Thessalonica, want zij ontvingen het Woord met grote bereidwilligheid en onderzochten dagelijks de Schriften om te zien of die dingen zo waren.

 

En ook Deuteronomium 13 moest kloppen Omdat hier een toets wordt gegeven hoe een valse profeet en vals onderwijs kon worden herkend.

 

 

Deuteronomium 13:1-5

1 Als in uw midden een profeet opstaat of iemand die dromen heeft, en u een teken of wonder geeft, 2 en dat teken of dat wonder waarvan hij tot u gesproken had, komt en hij zegt: Laten we achter andere goden aan gaan, die u niet kent, en laten we die dienen, 3 luister dan niet naar de woorden van die profeet of naar hem die die dromen heeft! Want de HEERE, uw God, stelt u dan op de proef om te weten of u de HEERE, uw God, liefhebt met heel uw hart en met heel uw ziel. 4 Achter de HEERE, uw God, moet u aan gaan, Hem moet u vrezen, Zijn geboden moet u in acht nemen en Zijn stem gehoorzamen; * Hem moet u dienen en u aan Hem vasthouden. 5 En die profeet of hij die die dromen heeft, moet gedood worden, omdat hij heeft opgeroepen afvallig te worden aan de HEERE, uw God, Die u uit het land Egypte heeft geleid en u uit het slavenhuis verlost heeft; en omdat hij u wilde afbrengen van de weg die de HEERE, uw God, u geboden heeft daarop te gaan. Zo moet u het kwaad uit uw midden wegdoen.

 

Dus alles wat Paulus zei, moest ook in overeenstemming zijn met hoe de mensen in het Oude Testament leefden. Want Paulus was niet de eerste de beste hij heeft heel de Thora uit het hoofd moeten leren, hij was een leerling van een van de grootste rabi’s in die tijd.

 

Handelingen 22:3

Ik ben een Joodse man, geboren te Tarsus in Cilicië, maar opgevoed in deze stad en aan de voeten van Gamaliël op de meest nauwgezette wijze onderwezen in de wet van de vaderen, een ijveraar voor God zoals u heden allemaal bent.

 

Als Paulus dus zegt dat “de mens door het geloof gerechtvaardigd wordt zonder werken van de wet.” (Romeinen 3:28) Dan kunnen we er van uitgaan dat dit ook zo was voor de mensen die leefden in het Oude testament.

 

Daarom zegt hij ook enkele verzen later In de Romeinen brief:

 

Romeinen 3:31

31 Doen wij dan door het geloof de wet teniet? Volstrekt niet, maar wij bevestigen de wet.

Gehoorzaamheid aan de Wet heeft NOOIT iemand gerechtvaardigd voor hun zonde. Maar, het naleven… toonde duidelijk hun liefde en gehoorzaamheid aan de Vader.

 

Het ging om geloof. Daar ging het altijd al over. Laten we Romeinen 1:16-17 nog eens lezen:

 

Romeinen 1:16-17

16 Want ik schaam mij niet voor het Evangelie van Christus, want het is een kracht van God tot zaligheid voor ieder die gelooft, eerst voor de Jood, en ook voor de Griek. 17 Want de gerechtigheid van God wordt daarin geopenbaard uit geloof tot geloof, zoals geschreven is: Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven.

 

Nu we dit vers hebben gelezen, is het goed om te kijken wat hij zegt over het evangelie in Hebreeën 4.

 

Hebreeën 4:2

2 Want ook aan ons is het Evangelie verkondigd, evenals aan hen. Maar het gepredikte woord bracht hun geen voordeel, omdat het niet met geloof gepaard ging bij hen die het hoorden.

 

Merk op dat hier gesproken wordt over de mensen die Mozes uitleidde maar die niet het beloofde land binnen gingen. Welk Evangelie hebben wij gehoord… dat ook zij hebben gehoord?

 

Het was dat iedereen, Israëliet en vreemdeling, in Zijn verbond kon wandelen. Maar zoals dit vers ook zegt, moet het gepaard gaan met geloof.

 

Numeri 15:15-16

15 Voor u, gemeente, en voor de vreemdeling die bij u verblijft, geldt één verordening, een eeuwige verordening, al uw generaties door: net zoals u, zo moet ook de vreemdeling voor het aangezicht van de HEERE zijn. 16 Eén wet en één bepaling geldt voor u en voor de vreemdeling die bij u verblijft.

 

Maar waarom zou dit belangrijk zijn? We spreken hier over het Oude Testament toch?

 

Omdat geloof zonder werken dood is. Net zoals Jakobus zei.

Kijk naar wat er een paar verzen eerder staat in Hebreeën hoofdstuk 3:

 

Hebreeën 3:15-19

15 … terwijl er wordt gezegd: Heden, als u Zijn stem hoort, verhard dan uw hart niet, zoals in de verbittering. 16 Want hoewel sommigen die stem gehoord hadden, hebben zij Hem verbitterd, maar niet allen die onder leiding van Mozes uit Egypte waren getrokken. 17 Op wie is Hij dan veertig jaar lang vertoornd geweest? Was het niet op hen die gezondigd hadden, van wie de lichamen zijn gevallen in de woestijn? 18 En aan wie heeft Hij gezworen dat zij Zijn rust niet zouden binnengaan, dan aan hen die ongehoorzaam geweest waren? 19 Zo zien wij dat zij niet konden ingaan vanwege hun ongeloof.

 

Hier wordt ongehoorzaamheid gelijk gesteld aan ongeloof.

 

In dezelfde brief lezen we een aantal hoofdstukken later, over de rechtvaardige mensen die wandelden door geloof in het Oude Testament.

 

Dit hoofdstuk krijgt vaak de titel ‘geloofsgetuigen’.

 

Hebreeën 11:1-13

1 Het geloof nu is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet. 2 Hierdoor immers hebben de ouden een goed getuigenis gekregen. 3 Door het geloof  zien wij in dat de wereld tot stand gebracht is door het Woord van God, en wel zo dat de dingen die men ziet, niet ontstaan zijn uit wat zichtbaar is. 4 Door het geloof  heeft Abel God een beter offer gebracht dan Kaïn. Daardoor kreeg hij getuigenis dat hij rechtvaardig was; dit heeft God met het oog op zijn gaven getuigd. En door dit geloof spreekt hij nog, nadat hij gestorven is. 5 Door het geloof  werd Henoch weggenomen, opdat hij de dood niet zou zien. En hij werd niet gevonden, omdat God hem weggenomen had. Vóór zijn wegneming kreeg hij namelijk het getuigenis dat hij God behaagde. 6 Zonder geloof is het echter onmogelijk God te behagen. Want wie tot God komt, moet geloven dat Hij is, en dat Hij beloont wie Hem zoeken. 7 Door het geloof  heeft Noach, toen hij een aanwijzing van God ontvangen had van de dingen die nog niet te zien waren, uit ontzag voor God de ark gebouwd, tot redding van zijn gezin. Daardoor heeft hij de wereld veroordeeld en is hij een erfgenaam geworden van de rechtvaardigheid die overeenkomstig het geloof is. 8 Door het geloof  is Abraham, toen hij geroepen werd, gehoorzaam geweest om weg te gaan naar de plaats die hij tot een erfdeel ontvangen zou. En hij is weggegaan zonder te weten waar hij komen zou. 9 Door het geloof  is hij een inwoner geweest in het land van de belofte als in een vreemd land en heeft hij in tenten gewoond, met Izak en Jakob, die mede-erfgenamen waren van dezelfde belofte. 10 Want hij verwachtte de stad die fundamenten heeft, waarvan God de Bouwer en Ontwerper is. 11 Door het geloof  heeft ook Sara zelf kracht ontvangen om zwanger te worden en een kind te baren, ondanks haar hoge ouderdom, omdat zij Hem getrouw heeft geacht Die het beloofd had. 12 Daarom zijn er zelfs uit één man en dat uit iemand wiens kracht al gestorven was, zovelen geboren als de sterren van de hemel in menigte en als het zand op het strand van de zee, dat niet te tellen is. 13 Deze allen zijn in het geloof gestorven. Zij hebben de vervulling van de beloften niet verkregen, maar hebben die vanuit de verte gezien en geloofd en begroet, en zij hebben beleden dat zij vreemdelingen en bijwoners op de aarde waren.

 

Wandelden deze mensen niet in het Oude Verbond? En toch leefden ze door geloof.

 

Zoals in habakkuk 4:2 staat, is geloof altijd nodig geweest voor de verlossing. En net als in Galaten en Romeinen, wordt Habakuk 2:4 ook geciteerd in Hebreeën hoofdstuk 10.

 

Hebreeën 10:37-11:2

37 Want: Nog een heel korte tijd en Hij Die komt, zal komen en niet uitblijven. 38 Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven, en als iemand zich onttrekt, Mijn ziel heeft in hem geen behagen. 39 Wij zijn echter geen mensen die zich onttrekken en daardoor naar het verderf gaan, maar mensen die geloven, tot behoud van hun ziel.

11:1 Het geloof nu is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet. 2 Hierdoor immers hebben de ouden een goed getuigenis gekregen.

 

“Hierdoor immers hebben de ouden een goed getuigenis gekregen.” Hoe vaak wordt vers 2 van over het hoofd gezien?

 

De rechtvaardige heeft geleefd en zal leven door geloof, terwijl hij Gods perfecte wet uit liefde en gehoorzaamheid nastreeft.

 

We zien dus dat Handelingen 13:39 verwijst naar iedereen die, net als de Galaten en ook de Farizeeën, probeerden gerechtvaardigd te worden door de Wet voor hun redding.

 

Zoals het altijd is geweest, blijft het een feit dat niemand ooit gerechtvaardigd zou kunnen worden door de Wet. Alleen door geloof in Yeshua, het Woord van God, is iemand gerechtvaardigd. Daarna staan we voor de keuze om het voorbeeld van yeshua te volgen door uit gehoorzaamheid aan God ons leven te leven zoals Hij het heeft bedoeld.

Dit hebben we ook gelezen in Deutronomium 13

 

Deuteronomium 13:4.

4 Achter de HEERE, uw God, moet u aan gaan, Hem moet u vrezen, Zijn geboden moet u in acht nemen en Zijn stem gehoorzamen; * Hem moet u dienen en u aan Hem vasthouden.